Hallein, Hallstatt, St. Wolfgang
We rijden naar Hallein. Vanaf Hallein kun je met een kabelbaantje de Dürrnberg op. In de Dürrnberg bevindt zich een zoutmijn. Het zout wordt ook wel het witte goud van Dürrnberg genoemd. Salzburg dankt zijn rijkdom in het verleden aan dit zout. Al rond 600 pleegden de Kelten mijnbouw in deze berg.
Het zout heeft tevens de stad en de provincie zijn naam gegeven. Je kunt de mijn in de berg bezoeken. Je krijgt eerst een wit overal aan en gaat dan met een treintje naar beneden de mijn in. Binnenin de mijn ga je te voet verder. Om snel naar beneden in de mijn te kunnen komen maakte de mijnwerkers gebruik van houten glijbanen. Ook wij gebruiken zo'n glijbaan om naar beneden te gaan. In de berg bevindt zich een ondergronds meer waar je met een soort vlot overheen kunt varen. Op het vlot staan kan niet want dan stoot je je hoofd.
's Middags rijden we naar Hallstatt. Het plaatsje is tegen een berg aangebouwd. Er loopt een weg langs het meer. Omdat er niet veel meer ruimte is zijn alle huizen tegen de berghelling aangebouwd. Wegens dat zelfde ruimtegebrek werden de doden na een aantal jaren weer opgegraven, de botten schoongemaakt, schedels beschilderd en daarna opgestapeld in een klein kappelletje. Het is een raar gezicht al die schedels met daarop de geboorte- en sterftedatum en de naam van de overledene.
In het gebied waar we ons bevinden zijn meerdere meren. Het volgende meer wat we aandoen is de St. Wolfgangsee. s' Avonds eten we bij de Hubertuskeller in de plaats St. Wolfgang. Schilderingen zoals op het huis hier rechts zie je op veel Oostenrijkse huizen.

 
 
Dag 19: do 19 juli 2001
Fuschl Am See
Overnachting: Pension Ellmaustein - Fuschl am See
Route
Terug naar de index
 
Hallein, Hallstatt, St. Wolfgang
 
Geen
 
Hallein
Salzwerken (zoutmijn)
Hallstatt
St Wolfgang